Flanders Collection Car
29 januari 2005

Thema beurs : Onbekende sportwagens

Onbekende sportwagens zijn in principe steeds in heel kleine aantallen gebouwd, soms minder dan 10 exemplaren. De reden hiervoor zijn velerlei. Sommigen extravagante sportwagens waren geen groot succes door hun eveneens waanzinnig hoge aankoopprijs. Meestal was het maken van hogere aantallen echter ook niet de bedoeling. Al was het maar omdat deze –overwegend Italiaanse- constructeurs niet de capaciteit noch de goesting hadden om een heuse autofabriek op te zetten. De meesten maakten op ambachtelijke manier in kleine ateliers echte kunstwerken. Andere wagens vonden weinig kopers door hun onconventionele bouw zoals bvb de barchetta's van beroemde merken. Deze laatste behoren nu tot de meest gewilde sportwagens. De barchetta was in wezen eigenlijk meer race- dan sportwagen met alle bijhorende praktische nadelen. Een racewagen diende licht te zijn zodat 'overbodige' zaken zoals bvb verwarming, binnenbekleding, deuren, zijramen of zelfs het dak achterwege werden gelaten. Ook de naambekendheid speelde soms een grote rol. Vele vermogende autoliefhebbers zouden vroeger misschien liever de alomgekende Ferrari verkozen hebben boven een auto die bvb 'Bizzarrini' heet, een naam die in lekenmiddens weinig emoties losmaakt. Nochtans wordt vandaag de gelukkige eigenaar van een Bizzarrini geroemd om zijn kennis van bloedmooie wagens.

Maar net als andere jaren zal er op FCC heel wat meer te zien zijn dan de expositie.
Spannend is het jaarlijkse gepingel voor oldtimers en sportwagens die te koop worden aangeboden. Vele auto's vinden namelijk op de beurs zelf reeds een nieuwe koper. Het aanbod reikt van auto's met een vraagprijs van 1500 euro tot het honderdvoudige hiervan. En er zijn ieder jaar koopjes te doen…

Indien de garage een uitbreiding van het wagenpark niet toelaat, zijn er nog altijd mogelijkheden op de miniaturenmarkt. In Hal 5 is er een aanbod van duizenden miniatuurauto's, gaande van de goedkopere seriemodellen tot de prijzige Dinky Toys.

Clubs zijn ook een waardevolle vraagbaak op de beurs. Men bekomt er immers alle informatie over bvb waardebepalingen, technische problemen en/of waar de onderdelen te vinden zijn van het betreffende merk.

Flanders Collection Bike
De trouwe bezoekers van FCC wisten het al. De beurs richt zich behalve tot auto's ook tot andere oude 'vervoermiddelen' zoals bvb tractoren, vrachtwagens, militaire voertuigen tot vliegtuigen en helikopters toe.
Deze editie bieden wij u ook o.a. een retrospectieve aan over oude fietsen… of wat daar soms kan voor doorgaan. De eerste fietsen, anno 1820, waren immers 'loopfietsen' en bestonden uit een houten freem met 2 houten wielen. In feite konden we toen nog niet spreken van “fietsen” maar meer “lopen met een fiets tussen de benen”. In 1861 vond Pierre Michaux de 'vélocipède' uit, de eerste trapfiets. De trappers stonden vast op de as van het voorwiel. Werd vroeger de spot gedreven met de loopfiets, dan was het nu 'bon-ton' om met een vélocipède rond te rijden. Er werden mettertijd zelfs wedstrijden georganiseerd. Om vlugger te rijden zonder vlugger te trappen moest het voorwiel groter zijn' werd toen beredeneerd. Zo werd het voorwiel groter en groter gemaakt zodat de vélocipède zich rond 1870 ontwikkelde tot de welbekende 'hoge bi', waar de rijder bijna bovenop een voorwiel van 1 meter 80 zat. De 'hoge bi' was dus eigenlijk de 'koersvelo' van de 19 de eeuw. De hoge bi vergde nogal wat behendigheid en was inderdaad sneller dan de vélocipède… wat hem dan ook tot een gevaarlijk rijwiel maakte. In 1879 werd dan uiteindelijk de veilige fiets uitgebracht: de 'safety'. De safety is de eerste fiets die aangedreven werd op het achterwiel en die veel gelijkenis vertoond met onze huidige traditionele fiets. De vélos' werden meestal op volle rubberen banden of koorden gereden. In 1888 bracht de Ierse veearts Dunlop de luchtband op de markt zodat de fiets op een eenvoudige en efficiënte manier werd afgeveerd. Tussendoor werden nog allerhande vreemde creaties getest en verkocht die even vlug verdwenen als ze gekomen waren. Eentje dat standhield was de 3-wieler. De volgende ontwikkeling was rond 1930 toen Charles Mochet de ligfiets uitvond, genaamd de 'vélocar'. Deze fiets was zo revolutionair én beter dat de onbekende Charles Faure in 1932 plots zowat alle Europese wedstrijden won. De andere renners konden zelfs zijn wiel niet houden! Toen hij ook nog het werelduurrecord verpulverde was voor de Internationale Wielerunie de maat vol. Een tweederangscoureur als Faure verdiende het niet om wereldrecordhouder te zijn en prompt werd de ligfiets in de ban geslagen. 60 jaar later werd de uitvinding weer opgevist en nu ziet men met mondjesmaat weer de ligfiets opduiken.
Op de retrospectieve ziet men alle 'fietscreaties' van 1830 tot nu. Ook enkele antieke racefietsen uit o.a. de vroege Ronde van Frankrijk zullen van de partij zijn. Enkele clubleden zorgen voor demonstraties met de hoge bi en andere één- of tweewielers. Deze expo wordt georganiseerd door de afdeling fietsen van de Gentsche Retrowielen, waarvan Mevr Arlette Van Hove als voorzitster fungeert. Zijzelf verzamelde op 20 jaar een 100-tal fietsen waaronder de raarste creaties en curiosa. De afdeling fietsen telt zo'n 100-tal leden verspreidt over gans Vlaanderen.